Een van onze meest bijzondere vrienden in Lalibela is Abebu Manale. Ze is geboren met zowel een verstandelijke beperking als allerlei fysiek ongemak. Het meest in het oog springende was haar ‘olifantshand’. En toch is Abebu een vrolijk kind, geliefd door iedereen op school. Daar zit ze al jarenlang in groep 3, en het ziet er niet naar uit dat ze ooit nog over zal gaan. Dat maakt niet uit, want school is voor haar een heerlijke speeltuin, en het geeft haar moeder Firir de kans om een centje bij te verdienen.
Firir werd op haar twaalfde uitgehuwelijkt. Haar man liet zijn gezin, met inmiddels drie kinderen, acht jaar geleden in de steek. Firir besloot naar de ‘grote’ stad Lalibela te gaan, in de hoop daar een inkomen te vinden om haar gezin mee te onderhouden. Twee jaar geleden ontmoetten we haar en Abebu. Ze woonden in een huisje zonder raam of deur. Firir deed huishoudelijk werk voor meerdere gezinnen, naast de zorg voor Abebu en haar broertjes. Het lukte net de eindjes aan elkaar te knopen. Er zat een krachtige, niet verbitterde moeder tegenover ons, die blij was dat we haar gezin in ons sociale project opnamen.
Tot onze grote verrassing trof Gebru Admike, onze vriend van het eerste uur, Abebu en haar vader (die blijkbaar zijn vaderrol weer op zich genomen heeft) deze zomer in een ziekenhuis in de hoofdstad Addis Abeba. Abebu was verlost van de problemen aan haar hand. De kosten voor de operatie werden vergoed door het Ethiopische gezondheidssysteem, maar de reis- en verblijfskosten kwamen voor eigen rekening.
Ondanks de penibele economische situatie in Lalibela had de hele schoolgemeenschap geld bijeengelegd. Genoeg voor de heenreis. Bij het horen van dat verhaal van solidariteit, tastten wij in de buidel om Abebu weer met haar moeder te kunnen herenigen.